Betty van Wijngaarden (51) heeft zo’n 25 jaar ervaring als zelfstandige in de zorgcommunicatie. Ooit begonnen als journalist en tekstschrijver (o.a. bij Zorgvisie, Nursing en diverse patiëntenorganisaties). Later ook als uitgever studieboeken a.i. bij Reed Business care & cure, als hoofdredacteur (o.a. bij vakblad ‘De Eerstelijns’, ‘Tijdschrift voor Verzorgenden’ en DOQ.nl ‘arts aan het woord’) en als sr. communicatieadviseur in de zorg.
Waarom wilde je graag voor O²PZ werken?
‘Palliatieve zorg is in mijn ogen heel persoonlijke en menselijke zorg. Dat vraagt veel van zorgverleners. Niet alleen om moeilijke gesprekken aan te gaan, maar ook om de eigen emoties en eigen kwetsbaarheid te kunnen verdragen. Toen ik ging werken in de zorgcommunicatie werkte ik eerst vooral voor patiëntenorganisaties. Op een gegeven moment besefte ik, dat als ik werkelijk een bijdrage wilde leveren aan het verbeteren van de zorg, ik me het beste kon richten op communicatie gericht op zorgverleners. Dat heb ik sindsdien gedaan. Het helpen optimaliseren van het palliatieve zorgonderwijs door O²PZ is een ambitie die mooi aansluit op mijn wens om bij te dragen aan zorgverbetering. Daar zet ik graag mijn kennis en kunde voor in.’
Waarom is palliatieve zorg een belangrijk onderwerp voor jou?
‘Of zorgverleners dat nu willen of niet, ze krijgen allemaal met palliatieve zorg te maken. We hebben te maken met een enorme vergrijzingsgolf. Dat vraagt om een bredere taakopvatting van zorgprofessionals; niet alleen curatieve zorg maar ook palliatieve zorg. Daarnaast neemt in de Nederlandse samenleving de behoefte aan praten over de dood toe, zie bijvoorbeeld een programma als ‘Over mijn lijk’. Ook zie ik dat meer zorgverleners als vanzelfsprekend ‘Samen beslissen’ en de ‘Juiste zorg op de juiste plek’ toepassen. Ontwikkelingen die ook weer raakvlakken hebben met palliatieve zorg. Hoe geven we dat vervolgens binnen het zorgonderwijs goed vorm?
Privé is het eveneens een belangrijk onderwerp voor me. Een aantal jaar geleden, toen mijn moeder in een verpleeghuis lag, is er met haar of met ons als kinderen niet gesproken over palliatieve zorg, hoewel ze vanwege een chronische hartziekte steeds in en uit het ziekenhuis ging. Drie dagen voor haar overlijden gaf ze zélf aan geen curatieve zorg meer te willen. Ik heb toen met haar – gelukkig –nog een aantal heel goede en dierbare gesprekken kunnen voeren. Het had voor haar en voor ons een wereld van verschil gemaakt als een zorgverlener het onderwerp eerder bespreekbaar had gemaakt.’
Wat hoop je bij te dragen?
‘Goede communicatie om meer bekendheid te geven aan alle initiatieven die nu al gaande zijn om palliatieve zorg en het palliatieve zorgonderwijs te verbeteren. Ik zie hierin een ondersteunende en servicegerichte rol voor mezelf.’
Je noemt jezelf communicatie-‘diva’. Hoezo?
[grinnikt]. ‘Ik heb vroeger veel gezongen, vooral opera, als goede amateur. De diva in mij staat symbool voor levenslust, voor het omarmen van wie ikzelf ben en dat durven laten zien aan de buitenwereld. Met alle drukte, bombarie, kleur en muzikale omlijsting die daar soms bij horen. Oftewel: authentiek profileren. En dan hebben we het eigenlijk over communicatie. Mijn dochter verzon ooit een naam voor mijn Instagram-account: ‘diva of life’. Sindsdien is dat blijven hangen. Als communicatie-‘diva’ help ik opdrachtgevers met authentiek communiceren, op manieren die bij hen passen. Ik ben dus een servicegerichte communicatie-‘diva’; ik rol liever een rode loper uit voor mijn klanten dan voor mezelf.’
Foto: Erik Kottier (c)